Kamperen met de motor.
Voorwoord.

Kamperen met de motor is een vorm van licht kamperen. Je bent gebonden aan de hoeveelheid materiaal die je mee kunt nemen op je motor. Het maakt ook een groot verschil of je alleen op je motor rijdt of met zijn tweeën. Ik doe beide, ga ik met vrienden op pad dan zal ik meestal alleen rijden. Langere vakanties ga ik samen met mijn vrouw op de motor.
Alleen op de motor heb je minder spullen mee en meer ruimte om te pakken, met zijn tweeën heb je meer materiaal nodig (twee slaapzakken, grotere tent, meer kleding enz.) en minder ruimte om te pakken.
Dit gezegd hebbende, een opsomming van het materiaal wat ik tegenwoordig gebruik. Nu heb ik dit niet in één keer aangeschaft, maar in de loop der jaren verzameld. Meestal kampeer ik per jaar een week of acht, met de fiets, kano of de motor. Doe je dit niet en ga je alleen met mooi weer, dan zijn er zeker goedkopere alternatieven.
De tent.
Een onderwerp waar meer meningen dan materiaal over bestaan is wel de tent.
In vele prijsklassen en materiaal soorten te krijgen.
Wie je ook tegen komt, men is altijd vol vuur over zijn of haar eigen tent, die is altijd de beste die er te krijgen is. Dus zo ook die van ons. Wij zijn begonnen met een nylon tent die vrij groot was. We hebben er mee gefietst totdat er een stok brak en dwars door het doek heen stak.
Hierna hebben we een lichtgewicht katoenen tent gehad, die ons prima heeft voldaan. Een ruime voortent, zodat je met slecht weer normaal met z’n tweeën in de voortent kunt zitten en koken. De slaapruimte was net voldoende. Al onze bagage kon in de voortent inclusief onze B.O.B. trailer die omgedraaid als tafeltje dienst doet. Deze tent hebben we tot op de draad versleten. De tent had een gemiddeld gewicht van zeven kilo. Dit is niet erg licht, maar ook niet zo dat het op de fiets of op de motor verschrikkelijk zwaar is.
Voor ons was duidelijk dat er weer een lichtgewicht katoenen tent moest komen. De Piaut van Esvo die we eerst hadden was niet meer te krijgen, dus een soortgelijke tent gezocht en gevonden. De eerst fietstocht in het buitenland viel het ons op dat de bergen zwaarder waren om op te fietsen. Eerst hadden we dit niet zo in de gaten, maar thuis onze uitrusting maar eens gewogen en toe bleek onze nieuwe (Via marktplaats gekocht) tent aardig aan het gewicht. Twaalf kilo is echt te veel voor op de fiets. Ook de rest van de uitrusting hebben we maar eens onder de loep genomen.
De moraal van dit verhaal is geloof niet direct het gewicht dat de fabrikant aangeeft, maar laat de tent van je keuze eerst wegen, zodat je zeker bent dat het opgegeven gewicht klopt. Bij ons zat er dus ruim vier kilo verschil in.
De verschillen in materiaal geeft ook het gedrag van de tent weer. Licht gewicht katoen is comfortabel, het doek blijft van binnen droog en vormt geen condens. Na een stevige regenbui droogt de tent vrij snel. Je kunt hem ook nat inpakken, maar dan weegt hij aardig meer.
Nylon tenten zijn relatief goedkoop, maar ook kwetsbaar. Condenseert s ’nachts erg, ventileren vaak matig, dus de tent is altijd bij het opruimen nat van binnen. Nylon is voor ons doel geen optie.
Tenten van ripstop nylon zijn licht en sterk. Na een nacht zit er wel condens aan de binnenkant van de tent, maar door goed te ventileren is dit goed te beperken. Bij het doorboren van de ripstop blijft er alleen een gatje bestaan en het doek zal niet zoals bij nylon uitscheuren. De tenten zijn snel droog en je kunt ze ook nat inpakken en onderweg drogen. Bij onze tent kan je eerst de buitentent opzetten, zodat je bij regen de binnentent droog kunt installeren. Bij het afbreken kan de buitentent als laatste worden afgebroken, zodat alles droog kan worden ingepakt.
Bij nylon en ripstop nylon tenten is het wel zaak als je hem overdag laat staan dat je de spanning van het tentdoek al haalt. Als de tent in de zon staat krimpt het doek vrij snel en komt er teveel spanning op de stokken, zodat deze kunnen breken. Als het koeler wordt moet je de tent dus weer opspannen. Bij de goede tenten zitten er onder bij de stokken straps waarmee je het doek kunt aanspannen of lossen.

Huba Huba
We zijn voor onze huidige tent opzoek gegaan naar een zo ruim en licht mogelijke tent. We zijn uit eindelijk uitgekomen bij een Bighorn 3 sul van Eureka deze is gemaakt van 40D silicon/PU Ripstop Nylon en weegt nog geen vier kilo. Hij heeft een ruime slaapcabine en een ruime vestibule waar je rustig een dag kunt vertoeven zonder elkaar in de weg te zitten. We hebben hem deze zomer (2014) getest en hij bevalt prima.
Voor je een tent aanschaf moet je eerst eens bepalen wat je belangrijk vindt aan je tent. Maakt ruimte je niet uit en je vindt het niet erg dat je bagage buiten blijft en je vind het met slecht weer geen probleem om op je slaapzak te moeten blijven liggen is een tent als de Huba Huba van MSR de tent die je zeker zal bevallen. Als ik alleen weg ga dan is dit mijn voorkeur. De tent is licht, klein en kan slecht weer goed verdragen. De tent is vrij staand, wat wil zeggen dat hij zonder haringen blijft staan en dus ook op rotsachtige bodem is te gebruiken. Je plaatst dan in iedere hoek van de tent een stuk steen en hij waait niet meer weg.

Bighorn S.U.L.
Het is officieel een twee persoons tent, maar dan moet je erg veel van elkaar houden. Het is te doen, maar niet voor een lagere periode. De tent heeft aan beide zijden een ingang met een kleine luifel waar je wat bagage kwijt kan. Zoals gezegd, als je alleen bent een aanrader.
Als we samen weggaan dan gebruiken we een Bighorn S.U.L. (super ultra light) van Eureka. Wij willen graag wat ruimte in de voortent om als het koud is of slecht weer goed binnen te kunnen zitten en eventueel te koken. Deze tent is ruimvoldoende voor twee personen. Veel ruimte voor je bagage, licht en neemt niet al te veel ruimte in. Dit is officieel een drie persoons tent, maar dat is ook weer redelijk krap. Deze tent blijft met minimaal vier haringen staan, dus met wat improvisatie is hij ook op een rotsachtige bodem op te zetten. De binnentent hangt in de buitentent en kan er dus uitgehaald worden. Deze tent wordt niet meer door Eureka gemaakt, maar door Nigor en heet nu Oriole 3.
Niet dat het bovenstaande niet klopt, maar ook bij ons zijn dingen aan verandering onder hevig. Mijn HubaHuba is na meer dan veertig weken gebruik. (Dus iedere dag opzetten en weer afbreken) toe aan pensioen. Tijdens hevige regenbuien beginnen de naden te lekken enz. enz.
Dus op zoek naar een nieuwe tent. De prijs is natuurlijk een dingetje en ik wil niet voor minder. De nieuwe HubaHuba is niet het zelfde als mijn oude en als ik hetzelfde concept wil betaal ik wel de hoofdprijs. Eerst maar eens zoeken.
Tijdens mijn speurwerk op het internet kwam ik een tent tegen die mij zeer aansprak. Het concept is hetzelfde als mijn oude HubaHuba. Dus een spinstok die je alleen met het grondzeil kunt opzetten. Binnentent eraan hangen en buitentent erover. Klaar.
De tent staat ook zelfstandig en er is goed geluisterd naar mensen die hem langdurig gebruiken. Zo heeft hij twee dwarse nokstokken, zodat je meer ruimte in je tent creëert en de opening nu recht. Dit heeft tot voordeel dat je de deur ook als kleine luifel kunt gebruiken. Verder zitten er kleine openingen in waar je een kabel door kunt voeren om je materiaal in je tent op te laden vanaf de motor.
Het materiaal is iets dikker en steviger, dit heeft wel tot gevolg dat hij ook iets zwaarder is dan de HubaHuba. De stokken zijn dusdanig dat opgevouwen de tent in vrijwel iedere koffer van de motor past. Zo niet, de tent zak is waterdicht, dus op het zadel binden is ook geen probleem.
Dan de prijs, die is zeer acceptabel een stuk goedkoper dan lichtgewicht tenten van andere gerenommeerde merken.
Deze tent is de ADV tent van Lone Rider, voor en door motorrijders gemaakt.
De eerste ervaring met mijn nieuwe ADV tent.
Drie dagen op pad geweest in afwisselende weersomstandigheden. Regen, kou en mooi zonnig zomerweer. Geen extreem harde wind, maar verder alles wat je wilt om te weten of de tent je gaat bevallen.
Het opzetten gaat net als de HubaHuba snel en eenvoudig, ik gebruik het grondzeil als basis om de tent op te plaatsen. Wat direct opvalt is het stevige gevoel van de tent. De buitentent van de HubaHuba voelt altijd wat dun slap aan. Niet dat dit ooit een probleem is geweest, maar het is gewoon de eerste indruk. Dan de ruimte die één extra nokstok genereerd op eenzelfde oppervlak is verbazingwekkend.
Van het standaard netje in de nok ben ik ook gecharmeerd, kan mooi mijn Head light en telefoon in s ’nachts zodat je die nooit meer hoeft te zoeken in het donker. Doordat de binnentent zwart is heb je een stuk minder last van licht inval. Lijkt niet bijzonder, maar is dus goed over nagedacht.
Aan beide zijde heeft de tent een ingang die aan de binnenkant van de binnentent is af te sluiten zodat deze niet vanaf buiten geopend kunnen worden. Twee kleine rits bare openingen zijn een ideale oplossing om je apparaten op te laden door middel van een kabel die vanaf mijn motor komt. Of b.v. van een stroompunt op de camping.

Het is ook plezierig dat de ingang langwerpig is en geen driehoek. Nadat ik de eerste keer de tent had opgezet begon het direct te regen. Door twee de ingang met twee lijntjes aan mijn motor te bevestigen zat ik mooi droog onder een luifeltje om mijn tent verder in te richten.
De eerste indruk is zeer positief. Deze tent is zeker een aanrader voor het kamperen met de Motor, fiets of kajak. Voor een wandel vakantie zou het ook kunnen als je de last over twee personen kan delen. Hij heeft voldoende ruimte aan beide zijde onder de luifels voor je bepakking.
Slapen.
Slapen, lijkt eenvoudiger dan het is. Je kent het wel, mooi weer en s’avonds wordt het kouder en kouder en kouder. Welk matje is geschikt en welke slaapzak heb ik nodig. Het mag niet te groot zijn, maar het moet wel warm zijn. Wat kan ik zelf nog doen om het warm te houden.
Eerst een paar tips waar je misschien je voordeel mee kunt doen.
Iedereen kent het probleem wel van het kussen. Het maakt niet uit wat je gebruikt, opblaasbaar kussen kleding in een zak een echt kussen, maar het glijd altijd van het matje af en maakt dat je niet goed slaapt. De oplossing is eenvoudig en goedkoop. Neem een kussensloop die aan de onderkant open is en trek die over het hoofdeind van je matje. Nu kan je het kussen dat je gebruikt in de sloop schuiven en het blijft mooi op zijn plaats liggen.
Een tweede tip is neem altijd een aluminium drink fles van een liter mee. Deze kan je in het begin van de avond vullen met heet water en in je slaapzak leggen, zodat deze wordt verwarmt. Als voor je naar bed gaat de fles opnieuw vult met heet water en dan in een doek wikkelt heb je in je warme slaapzak een ouderwetse kruik. Simpel en doeltreffend. Als je dan ook nog voor het slapengaan een stukje wandelt dan breng je de bloedsomloop nog even opgang en ga je warm in je warme slaapzak.
Een derde tip is neem altijd theelichtjes mee. Als je twee of drie van deze kleine kaarsjes in een pannetje in plaatst en aansteekt in je tent wordt het zomaar een paar graden warmer en kaarsjes geven psychologisch ook een voordeel voor je minde set als het weer slecht is.
“Bedenk dat er geen slecht weer bestaat, maar wel een verkeerde uitrusting.”

Slaapmatje Neo Air.
Vroeger waren er twee keuzes, een luchtbed of een stuk gesloten celstof. De eerste lag redelijk, maar was veel te groot en zwaar om mee te nemen. De tweede isoleerde redelijk, maar je had het gevoel dat je op een plank lag. Met de komst van de zelf opblaasbare matjes kwam er grote verbetering in de isolatie van de matjes en zeker het comfort werd sterk verbeterd. De eerste matjes kon je alleen oprollen, maar al snel kwamen er dunnere matjes die je ook nog kleiner kon opvouwen. Vooral voor de grammen jagers en lichtgewicht kampeerders was dit een uitkomst. Zelf heb ik jaren met zulke matjes een goede en warme nachtrust gehad.
Nu ben ik lijkt het wel weer bij het begin. Ik heb nu een matje dat ik weer zelf moet opblazen. Nu valt dat opblazen gelukkig wel mee, het is zo gebeurt. De nieuwste generatie matten isoleert nog beter en reflecteren binnen een paar minuten je eigen lichaamswarmte. Het matje is erg licht en klein op te rollen (ongeveer de grote van een bidon van één liter 20x12x12 cm). Het is een Therm-A-Rest Neo Air All Season, met een gewicht van 540 gram voor de standaard maat (51 cm breed en 183 lang en een dikte van 6,3 cm) Ik heb dit matje een paar jaar gebruikt, de eerste keer dat ik hem gebruikte was in Zweden met een temperatuur van -6 °C. Daarna nog in Schotland met de kajak en in Nederland tijdens een fietsvakantie. Dus onder verschillende omstandigheden en weer typen. Ik ben zeer tevreden met het matje, het is zeker een verbetering qua isolatie. Het comfort van het matje is ook goed, dit komt mede doordat als je erop gaat liggen je hem op je eigen hardheid kunt aanpassen. Als hij te hard is laat je er wat lucht uitlopen. Dit gaat niet ten kosten van het comfort of de isolatie.
Het enige nadeel van dit matje is dat het even duurt om hem op te blazen en dat de banen dwars zitten.

Slaapmatje Exped ul 7.
De Exped Synmat Ul 7. Lichtgewicht goed isolerend, klein op te pakken en door middel van een zak snel op te blazen. Door de grote ventielen is het leeg laten lopen van de slaapmat ook zo gebeurt. De banen van de Exped lopen in de lengte en je ligt hierdoor stabieler op het matje. Een noviteit is dat de twee buitenste banen iets dikker zijn, waardoor je niet zo snel meer van je matje afrolt. Ondanks dat de Neo Air mij erg goed bevalt prefereerde ik in eerste instantie de Exped vanwege het comfort en het eenvoudige opblazen en leeg laten lopen. Wat ook je keuze is beide matjes zouden zeker waar voor je geld moeten zijn.
Edoch, door ervaring wijs geworden moet ik nu bekennen dat de Exped niet aan de gestelde eisen voldoet. Ik heb inmiddels (door een super goede garantie van Exped, live time is ook live time) drie maal tijdens een vakantie een baan in het matje gehad waarvan de lijm los liet. Gevolg in plaats van acht luchtbuizen, zeven of minder. Je ligt dan op een soort rioolbuis en dat is niet fijn. Wel steeds een nieuw matje gekregen na de vakantie, maar na de laatste keer mijn geld terug gevraagd en gekregen. Ook dat is super.
Ik slaap dus nu weer op een Neo Air, maar wel één die breder is en ik ben weer zeer tevreden met mijn matje.
Mijn slaapzak.
Slaapzakken geeft zo nodig nog meer discussie dan welke tent het beste is. De twee grootste afwegingen zijn wel neem ik dons of synthetisch!! Ook hier is het een kwestie van keuzes maken. Dons is lichter en duurder dan synthetisch, ook kan je een donzen slaapzak niet zelf wassen. Een ander nadeel is dat als dons nat is het niet meer isoleert. Synthetisch is iets goedkoper, blijft isoleren als nat is, maar is wel iets zwaarder dan een gelijkwaardige donzen slaapzak. Als je een stof allergie hebt is de keus eenvoudig, dan kies je voor synthetisch. Dan moet je nog een keus maken over die isolatie waarden. Als je net als ik een groot deel van het jaar kampeert is de keus voor een hoge isolatiewaarde aan te raden. Dit maakt de slaapzak wel iets meer volumineuzer en zwaarder. Dus volop keuzes en beslissingen.

Anjungilag 3 seasons.
Mijn slaapzak is een Ajungilak 3 seasons. Een Noorse slaapzak, die tegenwoordig in Duitsland bij Mammut wordt gemaakt. Het is een synthetische slaapzak die redelijk licht is en toch onder barre omstandigheden voldoende isoleert. Ik heb het met temperaturen van -6°C niet koud en word warm wakker. Nu hoor ik je denken, en in de zomer dan? Wel dat is erg eenvoudig, je kan de slaapzak aan de onderkant open of in zijn geheel niet sluiten, zodat je er alleen maar onder licht. Hij is van het vroege voorjaar tot in het late najaar goed te gebruiken.
Dan is er nog een keuze tussen een deken model of een mummie model. Een mummie isoleert beter, alleen als je om wilt draaien in je slaap moet je dat doen met de slaapzak en niet in de slaapzak. Om de slaapzak nog iets warmer te krijgen kan je er nog een inliner of lakenzak in doen. Dit scheelt al gauw 4°C meer warmte.
BRANDERS:
De lichtgewicht kampeerder heeft de keuze uit verschillende soorten branders. Welke brander voor dit doel het meest geschikt is hangt af van het soort tocht dat je van plan bent te gaan maken, in welk gebied, onder welke weersomstandigheden en welke brandstoffen er ter plekke verkrijgbaar zijn. Verder is van belang of de brander gebruikt wordt voor een kopje koffie, een soepje onderweg of voor het bereiden van komplete maaltijden. Al deze faktoren bepalen de keuze van Uw brander.
De verschillende branders zijn te verdelen in:
- Benzinebranders.
- Spiritusbranders.
- Gasbranders.
BENZINEBRANDERS:
Voordelen van benzinebranders zijn: benzine is bijna overal verkrijgbaar, heeft een hoge verbrandingswaarde, is relatief goedkoop en brandt bij zeer lage temperaturen. Hij moet echter wel voorverwarmd worden met spiritus in vaste of vloeibare vorm, met aanmaakblokjes. Ook kan bij enkele branders de tank op druk gebracht worden met een pompje waardoor de brandstof door de aangebrachte druk uit zichzelf verstuift.
SPIRITUSBRANDERS:
Spiritus is een milieu-vriendelijke en relatief veilige, goedkope brandstof en erg gemakkelijk in gebruik, ook bij lage temperaturen. Voor wintergebruik is er een apart winterhulpstuk verkrijgbaar. Dit is een schoteltje waarop d.m.v. brandende spiritus het potje brandstof wordt voorverwarmd. Als de temperatuur boven nul graden is kan men de spiritus vermengen met een theelepeltje water, om zwart worden van de pannen te voorkomen. Brandspiritus is redelijk goed verkrijgbaar, de branders zijn zeer stabiel, stormvast en licht in gewicht. Ook is de bediening zeer eenvoudig, er zijn geen bewegende delen waardoor een lange levensduur en betrouwbaarheid verzekerd is. Een klein nadeel is dat de kooktijd iets langer is.
GASBRANDERS:
Het grote voordeel van gasbranders is, dat zij zeer eenvoudig zijn in hun bediening. Er zijn twee groepen gasbranders. De ene soort werkt op prikpatronen waarvan Campinggas de bekendste is. De andere groep werkt op een patroon met ventiel. Patroon en brander kunnen na gebruik weer losgekoppeld worden en los van elkaar worden vervoerd (veiliger!). Bekende merken patronen zijn Primus en Camping Gaz. Deze vullingen zijn ook in een butaan/propaanmix verkrijgbaar (de normale vulling bestaat uit alleen butaan, dat niet geschikt is voor gebruik bij lage temperaturen) en branden daardoor bij zeer lage temperaturen. Een nadeel van gas is dat het duurder in gebruik is en langzamer verwarmt dan benzine. Gas is ook niet altijd te verkrijgen in het buitenland. Vooral voor korte tochten is de gasbrander ideaal mede door zijn lage gewicht.
COMBIBRANDERS:
Als laatste mogelijkheid heb je de zogenaamde Multifuel branders die op gas en vloeibare brandstoffen functioneren. Dus wil je op alle brandstoffen kunnen koken dan zijn dit de ideaalste branders. Primus is het merk dat hier de meeste keuze in heeft.
PANNENSETS:
Je kunt kiezen uit verschillende materialen bij de aankoop van een pannenset, aluminium, roestvrij staal en titanium. Aluminium heeft een zeer goede warmtegeleiding maar is moeilijker met schoonmaken. Roestvrij staal geleidt iets minder maar is perfect te onderhouden en het materiaal deukt niet zo snel als aluminium, daar komt bij dat aluminium niet zo goed tegen de hoge hitte van een benzine brander kan als roestvast staal. Het duurste is titanium, het geleid de warmte weer minder goed, maar zijn lichtgewicht pannen.
Kortom de keuze is aan u. Het heeft te maken met budget en emotie.